Mevrouw Lombarts – in memoriam
De locatiemanager van Villa De Kleine Heide begroet me allerhartelijkst en gaat me voor naar haar kantoortje. In zorgvuldig gekozen woorden geeft ze alvast wat informatie over het echtpaar Lombarts. Uit alles blijkt dat ze zeer gesteld is op meneer en mevrouw.
Even later stelt meneer Lombarts zich voor, notaris van beroep geweest, met een voorliefde voor erfrecht. Hij heeft zijn mooiste pak aangedaan, speciaal voor dit gesprek. Hij is de bescheidenheid zelve, charmant verlegen. Als we in zijn appartement plaatsnemen valt meteen een olieverfschilderij op – een portret van zijn vrouw, een jaar of dertig geleden. Een koninklijke verschijning: stijlvol, zelfbewust, met opvallend mooi blond haar, dat ze opgestoken draagt.
Mevrouw Lombarts woont ook in deze villa, maar heeft haar eigen appartement en krijgt daar, ook ’s nachts, alle zorg die ze nodig heeft. De diagnose werd acht jaar geleden gesteld: Alzheimer.
De laatste jaren toen ze nog samenwoonden is hij haar mantelzorger geweest. Maar dat ging niet meer: 'Ik deed er drie kwartier over om haar aan te kleden; ik was zo aan het klungelen! En als ik eindelijk klaar was, knoeide ze en kon ik weer opnieuw beginnen.'
Ze ging uiteindelijk naar een verzorgingshuis, maar hij miste haar. Nu zijn ze tenminste weer samen, onder één dak en kan hij haar elke dag even komen knuffelen. 'Ze zegt vaak: ik kan niet zonder je, maar ik weet niet of ze nog beseft wat ze zegt.'
Hun liefdesverhaal is heel bijzonder. Terugblikkend op zijn leven zegt hij dat de jaren op kostschool en de liefdeloosheid die daar regeerde een blijvende indruk op hem hebben gemaakt. Onbewust trok hij sindsdien een muur op. Hij maakte zichzelf wijs dat het prima was: het leven als vrijgezel, maar op zijn drieënveertigste begon het toch te knagen. Via via kwam hij in contact met haar, op een feestje. Een beauty, vanzelfsprekend omringd door aanbidders. En even vanzelfsprekend trok hij zich terug. Maar uitgerekend met hém wilde zij een praatje maken. Later zei ze eens dat ze op hem viel omdat hij geen haantje was, omdat hij als enige geen indruk op haar probeerde te maken.
Dankzij zijn vrouw heeft hij geleerd wat liefde is. Er ging een wereld voor hem open. Hoewel ze hem nog wel herkent, herkent hij haar nauwelijks nog. Hij raakt geëmotioneerd: 'Ik ben eigenlijk weer alleen… ik mis haar… maar gelukkig zijn we weer samen.'
Langzaam maar zeker is hij begonnen om een nieuw netwerk op te bouwen, in het dorp Son en Breugel, terug in Brabant waar hij oorspronkelijk vandaan komt. Hij leert nieuwe mensen kennen in en rondom Villa De Kleine Heide. Hij heeft nu alle tijd: voor zijn was en strijk, voor zijn eten en drinken wordt gezorgd. Hij geniet van de concerten die in het huis gegeven worden.
Maar het allerbelangrijkste voor hem: zijn vrouw lijkt het ook naar haar zin te hebben. Hij durft weer beter vooruit te kijken. We lopen naar haar toe. Ze zit aan een tafel met anderen en oogt vrolijk. Hij kust haar teder op haar voorhoofd. Ze vertelt hem van alles, in haar eigen woorden. Ze horen bij elkaar.
Bekijk Villa De Kleine Heide Lees andere portretten